Opzegging overige bedrijfsruimte

Als het verhuurde object niet gekwalificeerd kan worden als 7:290 BW bedrijfsruimte of als woonruimte dan betreft het de categorie ‘overige bedrijfsruimte’. Hierbij kan gedacht worden aan kantoren, fabrieken, loodsen, etc. 

Deze huurders genieten in tegenstelling tot de huurders van woonruimte of 7:290 BW bedrijfsruimtes veel minder huurbescherming. Dit met als gevolg dat de huur zowel door de huurder en verhuurder opgezegd kan worden. 

Als opzegtermijn geldt volgens de wet minimaal de betalingstermijn. Als de huur maandelijks wordt betaald dan is de opzegtermijn mitsdien één maand. Het is mogelijk dat de in de huurovereenkomst een andere opzegtermijn is bepaald. Het is dus zaak altijd de huurovereenkomst te controleren. 

Als de verhuurder de huur heeft opgezegd, dan hoeft de huurder echter nog niet te vertrekken. De verhuurder moet eerst aangeven dat hij wenst dat de huurder het gehuurd ontruimd (lees: verlaat). Het is verstandig deze ontruimingsaanzegging meteen op te nemen in de brief. De huurder mag daarna nog twee maanden in het gehuurde pand blijven. Dit is om de huurder in de gelegenheid te stellen iets anders te zoeken. 

Als de huurder echter meer tijd nodig heeft, dan kan hij de rechter binnen die termijn van twee maanden vragen de ontruimingsbescherming te verlengen. Indien de huurder dit niet of te laat doet, dan dient hij het gehuurde te ontruimen. De rechter kan de ontruimingstermijn met maximaal één jaar verlengen en in totaal kan dat drie keer, zodat de maximale beschermingstermijn drie jaar is. 

Bel ons nu